Voetbal Vlaanderen komt met nieuw financieel kader voor amateurvoetballers

Voetbal Vlaanderen komt met een duidelijk financieel kader voor amateurvoetballers. Wat mogen ze nog verdienen? Is dit het einde van het zwart geld in het voetbal? Hoe steekt het kader in elkaar? Een antwoord op die vragen krijgt u van ons hieronder.

In Vlaanderen zijn er meer dan 1.200 amateurclubs actief. En ook nog eens 36 nationale futsalclubs. Zij krijgen van hun federatie nu een duidelijk financieel kader. Dat moet de bestuurders toestaan hun club duurzaam te leiden. Er is een vergoedingsplafond van 4.500 euro per seizoen per speler ingesteld. En de gelden mogen enkel digitaal overgeschreven worden. Er heerste ook onzekerheid rond de bijdragen aan de sociale zekerheid, die zou met het nieuwe kader ook moeten weggenomen zijn. De nieuwe regels gaan in vanaf 1 juli van dit jaar. Voetbal Vlaanderen wil er op die manier ook voor zorgen dat de jeugd meer kansen krijgt en dat er meer in infrastructuur en de sociaal-maatschappelijke rol van de clubs geïnvesteerd wordt.

(lees verder onder foto)

Gedaan met zwart geld in envelopjes
Het zou simpel uitgelegd moeten gedaan zijn met envelopjes met tekengeld en winstpremies die in het zwart worden uitbetaald. Geen spelers meer op termijn die voor 5 euro extra elders hun schoenen aantrekken. Voetbal Vlaanderen hoopt op meer financiële fairplay. “Uit een studie onder 1.000 amateurclubs die consultancybureau PwC in 2020 uitvoerde in opdracht van de KBVB bleek dat heel wat clubs zelf vragende partij zijn voor een groter financieel evenwicht tussen alle clubs”, verduidelijkt Nand De Klerck, woordvoerder van Voetbal Vlaanderen. “De tijd waarin onze amateurclubs hun spelers honderden euro’s per maand in het zwart betaalden, is voorgoed voorbij. We maken dringend werk van een duidelijk financieel kader op alle niveaus van het amateurvoetbal. We hebben liever dat clubs extra geld investeren in hun jeugdspelers, trainers en begeleiders dan in royale vergoedingen voor hun A-kernspelers. Clubs zullen zo trouwens ook meer centen overhouden om hun eigen sportinfrastructuur verder uit te bouwen en sociaal-maatschappelijke projecten te realiseren. Door bewuster om te gaan met hun financiële middelen, bouwen de amateurclubs een duurzaam businessmodel uit voor de lange termijn.”

(lees verder onder de foto)

Vanaf 1 juli kunnen amateurvoetballers nog maximum 4.500 euro verdienen met hun hobby. De federatie legt een maximum van 100 euro per punt op. Dat bedrag is volledig vrijgesteld van bijdragen aan de sociale zekerheid. Het is geen loon, maar een onkostenvergoeding. En de vergoeding valt niet te combineren met andere vormen van betalen van onkosten zoals kilometervergoedingen en dergelijke. De clubs die meer willen betalen dan 4.500 euro zullen dat mogen, maar dienen dus ook de sociale zekerheidskas te spijzen en zich te houden aan de wet daaromtrent. “Al jaren waren er onduidelijkheden omtrent de drempels en statuten waar RSZ-bijdragen verplicht waren. Zo zijn er amateurclubs die tussen 100.000 en 200.000 euro RSZ-schulden boven het hoofd hangen omdat de regels in elke regio anders geïnterpreteerd werden. We zorgen nu samen met de RSZ voor duidelijkheid en een eenduidige toepassing in heel Vlaanderen. Zo vermijden we dat er in de toekomst nog fouten gebeuren”, volgens Nan De Klerck.

(lees verder onder de foto)

Geen cashgeld meer
Clubs zijn het verplicht vanaf 1 juli om hun spelers digitaal uit te betalen. Gedaan met cashgeld dus. En uitbetalen via het rekeningnummer van de club is verplicht. De amateurclubs zullen bovendien hun contracten met spelers moeten registreren bij Voetbal Vlaanderen. Die stelt een modelcontract ter beschikking. Via een centraal digitaal platform zullen de clubs ook een budget moeten indienen. In de aanloop naar het nieuwe systeem zal Voetbal Vlaanderen infosessies inrichten. “We doen er alles aan om de administratieve druk weg te nemen bij onze clubs. Samen met de clubs hebben we een modelcontract uitgewerkt en zorgen we voor professionele ondersteuning bij de opmaak van hun budget.  Kortom, we zorgen ervoor dat onze amateurclubs rechtszekerheid hebben rond de verloning van hun spelers. Wat we wel vragen van de clubs is om aan het einde van elk seizoen een verklaring op eer in te dienen waarin ze bevestigen dat ze de basisprincipes respecteren”, zegt Tom Borgions, financieel directeur KBVB.

Meer info op de website van Voetbal Vlaanderen.

Schrijf in op onze nieuwsbrief

Een reactie achterlaten

Je e-mailadres zal niet getoond worden. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *